“I believe that political correctness can be a form of linguistic fascism, and it sends shivers down the spine of my generation who went to war against fascism” P. D. James |
Kun je de obesitasepidemie verklaren uit het gebrek aan
commentaar uit de sociale omgeving van dikke mensen? Het is weer eens een
andere invalshoek dan de oorzaak zoeken bij armoede of bij gemaks- en
troostvoedsel. Dat zijn wellicht gemakzuchtige verklaringen die de werkelijke
oorzaak verhullen. Het is denk ik vooral de angst om iets te zeggen dat onaardig wordt gevonden die veel mensen
ervan weerhoudt om de juiste feedback te geven. Zelf heb ik niet zo’n moeite om
mijn te dik wordende vrienden met een vinger in de buik te porren en
gelijktijdige de vraag te stellen: ‘wordt dat niet wat te veel, man?”. Bij
vrouwen en kinderen laat ik dat na. De zieligheidsreflex bezorgt mij ook een
drempel. Het is niet aardig om zoiets te zeggen en ik wil niet onaardig worden
gevonden.
De meeste dikkerds zijn zelf de bron van hun zieligheid. Bij
goedbedoelde opmerkingen exploiteren ze hun ongemak door op hun omgeving een
beroep te doen om de opmerking als ‘zoiets zeg je niet’ onschadelijk te maken
en degene die de opmerking maakte een schuldgevoel te bezorgen. Het is dan ook
de exploitatie van slachtofferschap die ‘politieke correctheid’ te weeg brengt
en de ‘olifant in de kamer’ onbenoemd laat. Het slachtoffer exploiteert vaardig
de angst bij anderen om onaardig gevonden te worden en biedt de politiek
correcte medemens de mogelijkheid om als fatsoensrakker incorrectheid te straffen. Het is een
pyrrusoverwinning voor de dikkerd. Het sociaal ongemak dat hij in zijn omgeving
veroorzaakt leidt er toe dat steeds meer mensen hem zullen mijden. Alleen de
fatsoensrakkers profiteren. Hun levensspel om te domineren door anderen van
onfatsoen te beschuldigen, maakt ieder probleem groter omdat datgene wat gezegd
moet worden ongezegd blijft.
Niemand wil de ‘zwarte piet’ krijgen en dat speelt ook een
rol in de discussie die Quincy Gario heeft aangezwengeld. Het had anders kunnen
lopen als zijn omgeving op tijd zou hebben ingegrepen. Bijvoorbeeld door hem er
op te wijzen dat hij het archetype van Zwarte Piet assertiever had kunnen
gebruiken door, zwart geschminkt en verkleed, met de roe te zwaaien en iedere
discriminerende Nederlander te verzekeren dat hij in de zak zal worden
afgevoerd naar Spanje. Quincy Gario kon echter onder de hoede van
fatsoensrakkers de projectie van het slavenverleden op een onschuldig archetype
exploiteren. Fatsoensrakkers verhinderden dat hem de waarheid werd gezegd en
veroordelen degenen die dat wel doen.
René Cuperus werd in zijn column (VK 20-10-2014) helemaal
ongelukkig van het gedoe en voorspelt dat het hele Sinterklaasfeest besmeurd
raakt en wel ten gronde zal gaan. Intussen wijst hij er fijntjes op dat het om
een symbooldiscussie gaat die eigenlijk de spelregels van het toekomstig
samenleven in Nederland als onderwerp heeft. Dat is precies het onderwerp dat fatsoensrakkers
vermijden. Hun interventie dient eigen glorie en de korte termijn en verhindert
de broodnodige kritische discussie en feedback. Zoals een dikkerd zijn ongemak
exploiteert, exploiteren fatsoensrakkers diens slachtofferschap. Het levert een
ongezonde symbiose op tussen slachtoffers en hun redders met het opgeheven
vingertje.
De spelregels van de toekomstige samenleving zijn eigenlijk
ook het onderwerp bij de Fransman Eric Zemmour, aan wiens boek: “Le suicide de
Français” het programma Nieuwsuur (19-10-2014) aandacht besteedde. Het is zijn
verwijt dat de Fransen het aan zichzelf hebben te danken dat hun samenleving
instort als gevolg van de onbeperkte instroom van migranten met een andere
cultuur. Hij is te vergelijken met de ooit gerespecteerde Duitse econoom Thilo
Sarrazin die na zijn boek: ‘Deutschland schafft sich ab’ uit weldenkend
Duitsland verbannen werd (.
Het is gemakkelijk te voorspellen dat Eric Zemmour, ondanks de grote oplagen
waarmee zijn boek verkocht wordt, eenzelfde lot wacht. Wat hij zegt is niet
aardig voor migranten en dat biedt fatsoensrakkers weer een uitgelezen kans om
met hun opgeheven vingertjes angst en schuldgevoelens op te roepen bij degenen
die het zich, vanwege de risico’s, niet kunnen permitteren om als ‘politiek
incorrect’ veroordeeld te worden. Vraag bijvoorbeeld Paul Scheffer maar hoe het
hem vergaan is na de publicatie van zijn ‘Het multiculturele drama’.
Politieke correctheid is effectiever dan de retorische
donderpreken die vroeger vanaf de kansels over het kerkpubliek werden
geranseld. De donderprekers riepen de individuele mens ter verantwoording. Iedereen
kon het zich aantrekken. Fatsoensrakkers zijn echter de kerkgangers die met het
vingertje naar anderen wijzen om zelf beter te lijken. Politieke correctheid is
het kwaad van deze tijd. Kamers puilen uit van de olifanten, terwijl allerlei maatschappelijke
problematiek ongehinderd blijft groeien.
Het benoemen van maatschappelijke problematiek is een risico
geworden. Ik lees het iedere morgen tussen de regels in mijn krant die steeds
grijzer wordt. Kolen en geiten worden gespaard, dat is het veiligst.
nb: eerder gepubliceerd op The Post online
nb: eerder gepubliceerd op The Post online
Geen opmerkingen:
Een reactie posten